Voorbeeld van woorden met dubbele spelling
Spaanse Lessen / / November 13, 2021
Woorden met dubbele spelling worden al die woorden genoemd die volgens het woordenboek van de Koninklijke Spaanse Academie kunnen op twee verschillende manieren worden geschreven, die beide geldig zijn en in beide dezelfde betekenis en betekenis behouden varianten.
Woorden kunnen dus eenvoudig zijn of in twee delen, met of zonder h, of met s of c, uiteraard afhankelijk van het type woord.
100 voorbeelden van dubbel gespelde woorden:
1. Stoep = wil
2. Acne = acne
3. Kast = kast
4. Aleli = muurbloem
5. Alveolus = alveolus
6. Ammoniak = ammoniak
7. Snel snel
8. Ardido = hardido
9. Harpij = harpij
10. Evenzo = evenzo.
11. Sfeer = sfeer
12. Aureool = Aureool
13. Oostenrijks = Oostenrijks
14. Baluster = baluster
15. Basuco = bazuco
16. Berber = Berber
17. Bimano = bimano
18. Ondersteboven = ondersteboven
19. Cantiga = cant
20. Caradura = hard gezicht
21. Hart = hart
22. Cartomancy = Cartomancy
23. Casabe = cassave
24. Cebiche = sebiche
25. Celtiberian = Celtiberian
26. Chauffeur = chauffeur
27. Cyclops = cyclops
28. Cocktail = cocktail
29. Conclaaf = conclaaf
30. Quadrumano = Quadrumano
31. Demonisch = demonisch
32. Haast = Haast
33. Dynamo = dynamo
34. Aegis = Aegis
35. Egyptisch = Egyptisch
36. Elegiaco = elegisch
37. Elixer = elixer
38. Vooraan, vooraan
39. Gefeliciteerd = goede tijd
40. Ethiopisch = Ethiopisch
41. Exegese = exegese
42. exegeet = exegeet
43. Boon = boon
44. Voetbal = voetbal
45. Gladiool = gladiolen
46. Kabouter = Nome
47. Midshipman = adelborst
48. Trekken = trekken
49. Hardido = verbrand
50. Harp = harp
51. Hemiplegie = hemiplegie
52. Hico = jico
53. Kruid = Yerba
54. Hobo = jobo
55. Holgorio = feestvreugde
56. Hopo = jopo
57. Hujier = bode
58. Ibero = Iberisch
59. Laureola = laureola
60. Litotes = litotes
61. Slecht humeur = slecht humeur
62. Maniak = Maniak
63. Manisero = manicero
64. Medulla = medulla
65. Mehala = juichen
66. Metempsychose = metempsychose
67. Meteor = meteoor
68. Mexico = Mexico
69. Raket = raket
70. Necromantie = Necromantie
71. Olympiade = Olympiade
72. Schouderblad = schouderblad
73. Oneiromancy = oneiromancy
74. Osmose = osmose
75. Wick = wiek
76. Paradisiaco = paradisiaco
77. Parasiet = parasiet
78. Petcil = bladsteel
79. Pelikaan = pelikaan
80. Pensil = pensil
81. Pentagram = pentagram
82. Periode = periode
83. Policaco = politieagent
84. Polychroom = polychroom
85. Polyglot = polyglot
86. Pretentieus = pretentieus
87. Pretentieus = pretentieus
88. Psycholoog = psycholoog
89. Radar = radar
90. Spoor = spoor
91. Klok = relais
92. Reptiel = reptiel
93. Reuma = reuma
94. Zevende = zevende
95. Superman = onderweg
96. Tactiel = tactiele
97. Thermostaat = thermostaat
98. Torticollis = torticollis
99. Utopia = utopie
100. Zamuro = samuro