Voorbeeld van asonantrijm
Geschriften / / July 04, 2021
Het staat bekend als assonantierijm voor het type rijm waarin de correspondentie van geluiden of fonemen alleen tussen de klinkers voorkomt. Er wordt rekening gehouden met het assonantierijm vanaf de laatste beklemtoonde klinker van een woord of vers; dat wil zeggen, van de klinker die een sterker accent heeft binnen een woord. Bijvoorbeeld, woorden als: "grot, help, verdragen, consumeren, twijfel, abrupt" rijmen in assonantie, omdat van de tonische klinker (in dit geval de "u") delen de klinkers "u" en "a", ondanks het feit dat de medeklinkers in elk van de woorden.
Wat het geluidseffect betreft, is dit type rijm subtieler dan het medeklinkerrijm (waarbij er een overeenkomst is tussen klinkers en medeklinkers). Omdat niet alle geluiden gelijk zijnDit type rijm wordt ook wel onvolmaakt rijm genoemd.
Over het algemeen wordt deze classificatie van rijm voor het grootste deel gebruikt in poëzie. Assonantierijm wordt echter niet uitsluitend in poëzie gebruikt. Zoals alle soorten rijm, kan het ook worden gebruikt in songteksten, in uitdrukkingen van het dagelijks leven, zoals gezegden en gezegden, in toespraken, in reclameslogans, enz. Bijvoorbeeld, in het gezegde "denk verkeerd en je krijgt het goed" de woorden
mis Y jij zult slaan rijm in assonantie van de grondtoon "a".Om een assonantierijm te identificeren, is het belangrijk om te weten hoe het is opgebouwd. Niet alle klinkers mogen worden herhaald, aangezien er twee uitzonderingen zijn:
- In assonantie rijmt kunnen worden weggelatende zwakke klinkers van tweeklanken, dat wil zeggen "i" en "u". Bijvoorbeeld: "geest" kan rijmen in assonantie met "twintig".
- In assonantie rijmt er wordt geen rekening gehouden met de interne klinkers van de esdrújulas-woorden; dat wil zeggen, het is voldoende met de begin- en eindklinkers van het woord van de beklemtoonde klinker. Bijvoorbeeld: "typisch" kan rijmen met "mythe" als de middelste "i" wordt verwijderd.
Soorten assonantie rijm volgens hun distributie:
In een gedicht zijn de rijmpjes op een bepaalde manier verdeeld, waardoor bepaalde klankherhalingen ontstaan volgens de bedoeling van de dichter. Zo hebben we de volgende classificaties:
naar. Assonantie monorrima. In dit rijm rijmen alle verzen op dezelfde manier. Voorbeeld:
Daar denken ze aan porren, daar laten ze de ri. losenndnaarzo. (NAAR)
Op weg naar buiten Bivar hoorden ze de kraaienstrnaar (NAAR)
en toen ze Burgos binnengingen, zagen ze haar sinienstrnaar. (NAAR)
Cid wiegde op mijn schouders en graveerde de jijenstnaar. (NAAR)
"Albricia, Alvar Fáñez, we zijn van je afenrrnaar, (NAAR)
meer naar grand ondra, we zullen terugkeren naar Castienik zalnaar", (NAAR)
Song of Mine Cid
b. Assonantie gepaarde rijm. In dit type rijm rijmen de verzen in paren. Voorbeeld:
Ik zal sterven in Parijs met aguacenrof, (NAAR)
een dag waarvan ik de recu al hebenrdof. (NAAR)
Ik zal sterven in Parijs - en ik zal niet cofrrof, (B)
misschien op een donderdag, zoals het vandaag is, van otofñof. (B)
Cesar Vallejo
c. Assonantie afwisselend rijm. In dit soort rijm wisselen de verzen die op dezelfde manier rijmen elkaar af. Voorbeeld:
Ik kan vanavond de droevigste verzen schrijven.
Te denken dat ik haar niet heb. Voel dat ik haar kwijt benikdof. (NAAR)
Hoor de intense nacht, nog meer zonder haar.
En het vers valt naar de ziel zoals de roc naar grasio. (NAAR)
Maakt het uit dat mijn liefde het niet kon houden.
De nacht is sterrenhemel en ze is niet bij mijikgof. (NAAR)
Pablo Neruda
d. Assonantie knuffelen rijm. Het eerste couplet rijmt op het laatste en het tweede op het derde. Voorbeelden:
De blauwe nachtnaardnaar (NAAR)
begon zijn riktof (B)
van stiltes vaniozo (B)
en stemmen pnaarrdnaarzo. (NAAR)
20 Voorbeelden van assonantierijm
1. "Mijn heer" door José Martí
In de ochtendnaarneenaarzo
Mijn kleineenikof
ik werd wakkernaarbnaar
Met een grote benzoof.
Zet op horcajnaardnaarzo
Over mij penchof,
Flenzen smedennaarbnaar
Met mijn taxienik zalofzo.
Dronken hij van gofzof,
van vreugde ik enbriof,
Heeft me aangespoordnaarbnaar
Mijn paardenrof:
Wat een zacht schuimdenaar
Zijn twee voeten vanenscofzo!
zoals reIA
mijn jinetuenikof!
En ik kusnaarbnaar
Zijn voeten kleinenñofzo,
Twee voeten die passen
in slechts ongeveerenzoof!
2. "De extatische ogen" door Miriam Elim
In de zoetheid van het wachten, ben ik geblevennaardof
extatische ogennaartwee.
Er moet nog een zon en nog een maan komenikr
en ze zullen me zo vindení:
Neem je handen weg, voor bloemen van ruengof
schaduwde de pupillen van mistenriof...
Een andere zon en een andere maan moeten draaiennaarr
zonder dat mijn verlangen moe wordtnaarr
In de zoetheid van het wachten, ben ik geblevennaardof
extatische ogennaardofzo.
3. Fragment van "Raise the flower her dream" door José Gorostiza
De vasthoudendheid van het bloed
ga van rofjof;
de droom is indigo;
de gelukzaligheid, van ofrof.
Heeft felle liefde
windhonden meernaardofzo;
maar ook hun oogsten,
ook hun pápotofzo.
4. Fragment van "De zigeunernon" van Federico García Lorca
Stilte van limoen en mirte.
Kaasjeskruid in de kruiden fikneenaarzo.
De non borduurt muurbloempjes
op een doekjikznaar.
Ze vliegen op de grijze spin,
zeven vogels van de prikGijnaar.
De kerk gromt in de verte
als een berenbuik arrikbnaar
5. Fragment "Elogio de la sombra" door Jorge Luis Borges
De man en zijn naarik bennaar.
Ik leef tussen lichtgevende vormen en vnaargnaarzo
die nog geen duisternis zijn.
goede NAARgaanenzo,
dat voorheen in arrab. was gescheurdnaarikenzo
naar de onophoudelijke vlakte
6. Fragment van "Ik vond het leuk dat je huilde" van Jaime Sabines
Wat een zachte ogen
over je fnaarldnaar!
Ik weet het niet. Maar je had
van overal, iknaarrgnaarzo
vrouwen, zwart naargunaarzo.
Ik wilde je vertellen: hermnaarneenaar.
Om met jou te incest
rozen en ikágrimmignaarzo.
Het doet veel pijn, het is waar,
alles wat is opgevoednaarnznaar.
Het is waar, het doet pijn
niet hebbennaardnaar.
Wat ben je mooi, verdriet:
wanneer zonaarik zalnaarzo!
Neem hem mee uit met een kus
alles ikágrimmignaarzo!
Dat de tijd, ah,
Ik zou je dit aandoennaarunaar!
7. "Drie vreugdevolle mysteries" door Luis Cernuda
Het zingen van de vogels, bij het ochtendgloren,
als het warmer is,
blij om te leven, ik ben al uitgegledenikznaar
tussen slaap en vreugde
infecteert wie wakker wordt met de nieuwe dIA.
Vrolijk lachend naar haar speeltje
arm en gebroken, aan de deur
Alleen het kind speelt in huisiktof
ermee, en in gelukzalige
onwetendheid, geniet ervan vikvof.
De dichter, op papier dromend
zijn onvoltooide gedicht,
Het lijkt me mooi, geniet ervan en pienNSnaar
met reden en waanzin
dat niets ertoe doet: er is zijn poenmnaar.
8. "Luceros" door Julio Flores Roa
Ze zeggen dat dichters
ze veranderen in naarstrofzo
wanneer koude dood
komt om zijn melodieuze c. uit te zettennaarntofzo.
Hoeveel nachten, kijkend naar de sterren,
alleen riep ik uitnaardof:
Oh! als het waar is, als het waar is wat ze zeggen
Welke van die sterren wordt BYrofnee? (Het geluid van de "y" is hier gelijk aan het geluid van de tweeklank "ai", die rijmt met de "a" van riep).
9. "Loca" door Jaime Gil de Biedma
De nacht, die altijd amb. isikgunaar,
het maakt je woedendofr
slechte gin, sofnee
jouw ogenikchnaarzo.
Ik weet dat het zal brekenenr
in beledigingen en in hemágrimmignaarzo
hysterisch. in de Cnaarmnaar,
kalmeer je dané
met kussen die hij me geeftenneenaar
geef ze aan jou. En naar de slaapkamerikr
wil je tegen me aandrukken?í
als een zieke teefenrmnaar.
10 "Eeuwige liefde" door Gustavo Adolfo Bécquer
De zon kan voor altijd bewolkt zijn;
Hennaarr;
De as van de aarde kan worden gebroken
Als een zwakke cristnaarik.
Alles zal gebeuren! mei dood
Bedek me met zijn begrafenis crespónee;
Maar het kan nooit worden uitgeschakeld in mij
De vlam van jouw liefdeofr.
11. Fragment van "Rima XXV" door Gustavo Adolfo Bécquer
Als ze je 's nachts omringen
de tule vleugels van haarenñof
en je lange wimpers
lijken op bogen van éverbiedenof,
om naar de hartslag te luisteren
van je hart vroegentof
en laat je slapen
hoofd op mijn penchof,
geef, mijn ziel,
hoeveel heb je:
Het licht, de lucht
en de gedachteenntof!
Wanneer je ogen zijn genageld
in een onzichtbaar objectentof
en je lippen lichten op
van een glimlach de reflenjof,
om op je voorhoofd te lezen
de stille gedachteenntof
wat gebeurt er als de cloud
van de zee over de brede espenjof,
geef, mijn ziel,
hoeveel geef je?eo:
De roem, het goud,
de glorie, de gengeen van beideof!
12.Fragment van "Zee in de middag" door Octavio Paz
Hoogwatermuren, torens naarhet isnaarzo,
plotseling zwart water tegen nnaardnaar,
ondoordringbaar, groen, grijs naargunaarzo,
plotseling witte wateren, verblindennaardnaarzo. (…)
De klinkende tijger van de naargunaarzo,
de rinkelende nagels van honderd tijgers,
de honderd handen van het water, de honderd tijgers
met één hand tegen nnaardnaar.
13. "Op mijn schouder" door José Martí
Zie: zittend draag ik het
over mij hofmbrof:
Verborgen gaat, en zichtbaar
Voor mijnofikof!
Hij omgordt mijn slapen
Met je netwerkofndof
Arm, wanneer naar de beesten?
Verdriet me pofstrof:?
Wanneer het ruige haar
Sta op en hofscof,
Welke van interne storm?
Symbool tofrvof,
Als een kus die vliegt
ik voel me in de tofscof
Schedel: zijn zachte hand
het hoofdstelofcof!?
Wanneer in het midden van de sterke
sombere weg,
Ik glimlach en viel flauw
van de zeldzame gofzof,
ik reik uit voor
Van vriend tot apofYof,?
Is dat een onzichtbare kus?
Geef me de hermofzoof
Zittend kind
over mij hofmbrof.
14. "Bekentenis" door Elías Nandino
Het gedicht íntimof,
degene die niet schreefikbof:
enkel en alleen
ik woon ermee samenikgof.
15. "Ik leef en ik wend me af" door Elías Nandino
levensduur maldiktnaar!
Waarom als ik cen. benikznaar
mijn brein is in brnaarmnaar
en mijn lust verspreidt zich
naar de verdorde gebieden
van mijn vernietigde vleesnaardnaar?
Verdomde levensduur!
hel flarenaardnaar,
tantalische onderwereld
van lust blijft achternaardnaar.
Alle schoonheid humnaarneenaar
Ik ben nog steeds wakker van het wachtennaarnznaar
van vreugdenaarrlnaar
en ik leef en ik wijk af
klaarkomen,
alleen orgasmes van lágrimmignaarzo.
16. Fragment van "Balada de un día de julio" door Federico García Lorca
Zilveren schelpen
Zij leiden de ossen.
Waar ga je heen, mijn meisje,
Van zon en sneeuw?
Ik ga naar de madeliefjes
Van de groene weide.
De weide is ver weg
En hij is bang.
In de lucht en in de schaduw
Mijn liefde is niet bang.
Vrees de zon, mijn kind,
Van zon en sneeuw.
Het verliet mijn haar
Nu & altijd.
Wie ben jij, blanke meid.
Waar kom je vandaan?
Ik kom uit liefdes
En uit de bronnen.
Zilveren schelpen
Zij leiden de ossen.
Wat heb je in je mond?
Wat wind je op?
De ster van mijn geliefde
Dat leeft en sterft.
Wat draag je op je borst
Zo fijn en licht?
Het zwaard van mijn geliefde
Dat leeft en sterft.
Wat heb je in je ogen?
Zwart en plechtig?
Mijn droevige gedachte
Dat doet altijd pijn.
17. "Rider's Song" van Federico García Lorca
Op de zwarte maan
van de bandieten,
de sporen zingen.
Zwart paard.
Waar breng je je dode ruiter heen?
... De harde sporen
van de immobiele bandiet
die de teugels verloor.
Koud paard.
Wat een mesbloemparfum!
In de zwarte maan
de zijkant bloedde
uit Sierra Morena.
Zwart paard.
Waar breng je je dode ruiter heen?
De nacht sporen
zijn zwarte flanken
sterren spijkeren.
Koud paard.
Wat een mesbloemparfum!
In de zwarte maan
Een schreeuw! en de hoorn
boven het kampvuur.
Zwart paard.
Waar breng je je dode ruiter heen?
18. "La poesía" door José Ángel Valente
Hij vertrok in de wind
kwam terug in de naargaanen.
Ik opende het in mijn huis
de deur grnaarnden.
Gegaan in de wind.
ik was anhelnaarnten.
Hij vertrok in de wind
kwam terug in de naargaanen.
Heeft me waarheen geleid?
er was geen neenaardood gaan.
Hij vertrok in de wind
het bleef in mijn snaarngren.
Kwam terug in de naargaanen.
19. Fragment van "De misdaad" door José Ángel Valente
Vandaag werd ik wakkerikdof
zoals altijd maar
met een mesikik zalof
Op de borst. Negeren
wie isikdof,
en ook het mogelijke
mobiel deliktof.
ik ben hier
de neiging hebbenikdof
en verticaal gewicht
de FRio.
Het nieuws verspreidt zich
met relatieve sigikikof.
De dokter was briljant, maar
het verhoor heeft sikdof
verward. Het feit
mist testikgofzo.
(Portier oproep,
dikjof
die de doden niet hadden
achtergrond políticofzo.
Het is een obsessie die haar achtervolgt
sinds de dood van de zeeikdof.)
20. "De waterspiegel" door Vicente Huidobro
Mijn spiegel, stroom door de nofchenJa,
Het wordt een stroom en beweegt weg van mijn cunaarrtof.
Mijn spiegel, dieper dan hij ofrben
Waar alle zwanen verdronkennaarrofnee.
Het is een groene vijver in de murnaarik zalnaar
En in het midden slaapt je ankernaaktheidnaardnaar.
Boven zijn golven, onder de hemel zijnámbulofzo,
Mijn dromen drijven weg als bnaarrcofzo.
Staande op de achtersteven zul je me altijd zien cantnaarndof.
Een geheime roos zwelt op in mijn penchof
En een dronken nachtegaal fladdert in mijn dendof.