Het concept van leiderschap
Personeelszaken / / July 04, 2021
Leiderschap is de invloed, kunst of het proces om mensen te beïnvloeden om gewillig en enthousiast te streven naar het bereiken van de doelen van de groep.
Het wordt geboren uit de persoonlijke kenmerken die een persoon onderscheiden van de andere leden van de groep, waardoor hij een leider wordt; Een leider is de persoon die een aureool of charisma heeft waardoor anderen hem autoriteit geven om hen naar de gestelde doelen te leiden.
Leiders worden niet voorgedragen, geselecteerd of gekozen door organisaties, maar worden geaccepteerd en gevolgd door hun ondergeschikten.
John Locke bevestigt dat vrijheid een natuurlijke voorwaarde is voor de mens om zijn acties te bevelen en over zijn eigen persoon en eigendom te beschikken, zonder toestemming te vragen of afhankelijk te zijn van anderen.
Terwijl Nicholas Machiavelli, in zijn beroemde werk "The Prince", bevestigt dat het eerst en vooral handig is om gevreesd te worden en dan geliefd te zijn. Daaraan toevoegend dat de man in het algemeen ondankbaar en wispelturig is, dat hij altijd vlucht voor gevaar en dat zijn voornaamste motief winst is.
Hier zijn twee gezichtspunten die aanzienlijk verschillen in de studie van de menselijke conditie.
Eén (Lucke) laat doorschemeren dat mensen geen leider nodig hebben om zich te gedragen en dat ze alles goed kunnen doen als ze worden vrijgelaten.
Een ander (Machiavelli) suggereert dat de mens, gezien zijn schaarste aan waarden om zich eerlijk te gedragen, effectief leiderschap nodig heeft dat zijn beperkingen compenseert.
Wat zouden dan de kwaliteiten zijn die van een leider moeten worden verlangd? De intelligentie om te beslissen over de verschillende problemen die aan de groep worden voorgelegd; de politieke gevoeligheid om meningen af te wegen en zorgen te kanaliseren naar gemeenschappelijke doelen van de groep; het vermogen om beslissingen te nemen; charisma om verschillende karakters om hem heen te integreren; volwassenheid om persoonlijke belangen niet boven de belangen van de groep te stellen; flexibiliteit om eigen fouten te herkennen en kwaliteiten van groepsleden te waarderen; tolerantie omwille van groepsharmonie; eminentie, een kwaliteit die hem in staat stelt zich te onderscheiden van anderen, afgezien van andere kenmerken, niet door minder belangrijke subjectieve factoren, zoals eerlijkheid, stiptheid, veiligheid of zelfvertrouwen, netheid enz.