10 voorbeelden van apostrof
Diversen / / July 04, 2021
Apostrof
De apostrof is een Beeldspraak waarin een toespraak, dialoog of verhaal kort wordt ingebroken om denkbeeldige of echte karakters op te roepen. Met dit hulpmiddel probeer je de aandacht van de ontvanger te trekken en een gevoel, idee of gedachte over te brengen.
Bijvoorbeeld:
Oh trieste donkere wolken
hoe hard je loopt, haal me uit deze droefheid
en breng me naar honduras
van de zee waar ga je heen!
(Gil Vicente, Rubena's komedie).
Over het algemeen gebruikt de apostrof de tweede persoon en bij sommige gelegenheden bestaat het uit een 'toejuiching aan het niets'. Bovendien gaat dit cijfer meestal gepaard met: Uitroeptekens of verhoor.
Aangezien het doel van deze bron is om de aandacht te trekken van degenen die aan de boodschap worden blootgesteld, wordt deze meestal gebruikt in de toespraken die worden voorbereid om te worden verzonden mondeling, bijvoorbeeld het script van een toneelstuk. Het is ook een veelgebruikte bron in poëzie.
Deze literaire figuur was zeer terugkerend in de toneelstukken van het oude Griekenland, waarin de personages de toneelstukken met hun rug naar het publiek uitspraken.
Voorbeelden van apostrof
-
Oh deugdzame, prachtige oorlog!
In jou waren de ruzies te wijten,
in jou leefde ons sterven
voor glorie in de hemel en roem op aarde,
in jou vergist de wrede speer zich nooit spear
nin is bang voor het bloed van familieleden;
herroept concordes voor u ons volk
van zulke verlangens en zoveel desferra.(Juan de Mena, Labyrint van Fortuna)
-
Oh nacht die jij leidde!
Oh nacht, mooier dan de dageraad!
Oh nacht die je hebt samengesteld, Geliefde met geliefde,
geliefde in de Getransformeerde Geliefde!(Sint Jan van het Kruis, Donkere nacht)
-
LevenslangWat kan ik je geven?
aan mijn God die in mij leeft,
als het niet is om je te verliezen
om beter van Hem te genieten?(Sint Teresa van Jezus, Ik leef zonder in mijn. te wonen)
-
Later, Oh bloem van hysterie!, je huilde en lachte;
je kussen en je tranen had ik in mijn mond;
je lach, je geuren, je klachten waren van mij.(Ruben Dario, madeliefje)
-
Komen, zachte nacht, tedere en sombere nacht,
geef me mijn Romeo en als ik sterf,
snijd het in duizend kleine sterren:
de lucht zal er zo mooi uitzien
dat de wereld, verliefd op de nacht,
zal stoppen met het aanbidden van de brandende zon.(Willem Shakespeare, Romeo en Julia).
-
Gigantische golven dat je brullend breekt
op verlaten en afgelegen stranden,
verpakt in schuimvellen,
Neem mij mee!(Gustavo Adolfo Becquer, Rijm LII).
-
En ze leek de hele tijd naakt...
Oh passie van mijn leven, poëzie
naakt, de mijne voor altijd!(Juan Ramón Jiménez, Kwam, eerst, puur).
-
Oh zoete kleding voor mijn kwaad gevonden,
zoet en gelukkig wanneer God dat wilde,
samen ben je in mijn herinnering
en met haar in mijn dood getoverd!(Garcilaso de la Vega, Sonnet X)