Concept in definitie ABC
Diversen / / July 04, 2021
Door Javier Navarro, op sept. 2018
In de reeks religieuze tradities zijn er twee hoofdstromingen: monotheïsme en polytheïsme. Het christendom, het jodendom en de islam zijn voorbeelden van monotheïstische religies, omdat ze bevestigen dat er maar één God is. Het hindoeïsme of de oude Egyptische, Griekse en Romeinse religies zijn voorbeelden van polytheïstische doctrines. Tussen de twee benaderingen is er een intermediair alternatief, henotheïsme. Het bestaat uit het geloven in meerdere goden, maar tegelijkertijd in een godheid van een hogere orde.
Met andere woorden, het is een polytheïstische visie waarin er een god is met een hoger hiërarchisch niveau
De term werd in de 19e eeuw bedacht door de Duitse filoloog Max Muller. Hiermee neologisme er werd verwezen naar de religiositeit in India, waar verschillende goden worden aanbeden, maar tegelijkertijd is er een god met de hoogste macht.
Henotheïsme is gerelateerd aan de historische evolutie van het religieuze fenomeen
Degenen die religieuze overtuigingen vanuit een antropologisch oogpunt hebben bestudeerd, beweren dat mensen de natuurkrachten begonnen te aanbidden. Dus de
regen, Aardbevingen of zonnestralen hadden een goddelijk karakter. In een volgende fase werd een polytheïstische visie geconsolideerd waarin verschillende goden dienden om de orde van het universum te verklaren.De meervoud Goden in de oude wereld evolueerden en in de verschillende mythologische overtuigingen verscheen een god met grotere macht over anderen. Zo woonden in de Olympus van de Grieken twaalf goden en een van hen, Zeus, had een suprematie over de anderen.
In de beschaving Roman het pantheon van de goden handhaafde een schema zeer vergelijkbaar, aangezien de Griekse goden werden vervangen door andere met een eenvoudige naamsverandering (Zeus werd Neptunus, Athena in Minerva, Aphrodite in Venus, enz.). Het is in de Griekse en Romeinse historische context waar het henotheïsme is gevestigd als: nadering religieus.
Met de eerste profeten van het jodendom een nieuwe paradigma, monotheïsme. Bij het Hebreeuwse volk was er een transformatie geleidelijke evolutie van religieuze overtuigingen: oorspronkelijk waren ze polytheïsten, toen verscheen Abraham en een combinatie van henotheïsme en monotheïsme tot stand gebracht en uiteindelijk een uitsluitende visie vision monotheïstisch.
Vanaf de uitbreiding van het christendom begon de henotheïstische visie te verzwakken
Voor de eerste christenen waren degenen die in verschillende goden geloofden heidenen. Het christendom bestreed krachtig het heidendom in zijn verschillende versies, aangezien men begreep dat het aanbidden van verschillende goden een afwijzing van de heilige geschriften uitdrukte.
In de lV eeuw d. C De Romeinse keizer Constantijn l veranderde het christendom in de religie ambtenaar van het rijk. Vanaf dat moment begon de geleidelijke achteruitgang van elke henotheïstische visie.
Foto: Fotolia - Jurgen Falchle
Onderwerpen in het henotheïsme